En hij is weggegaan zonder te weten waar hij komen zou.
Hebreeën 11: 8
De zomervakantie zit er weer op. De scholen zijn weer begonnen en het werk is weer opgepakt. Menigeen denkt terug aan de tijd dat men onder-weg was. Onderweg met vakantie, genietend van de vrijheid, het mooie weer, prachtige cultuur of om nieuwe culturen te ontdekken en te bezoeken.
Veel mensen die zo op pad zijn gegaan hebben dit goed voorbereid ge-daan. Een camping werd besproken of een huisje werd gehuurd. De reis werd ondernomen via een van tevoren vastgestelde route. Er zijn echter ook mensen die deze voorbereidingen niet zo nauwkeurig doen. Zij gaan op de bonnefooi op weg. Wel globaal een reisdoel voor ogen maar niets is vastgelegd. Allerlei mogelijkheden worden nog opengelaten. Dat mag een verrassing zijn.
Op de bonnefooi reizen, dat maakt je vrijer en flexibeler. Je staat open voor het onbekende. Dat in tegenstelling tot hen die liever voor de zeker-heid kiezen van vastgelegde afspraken. Het gaat er niet om wat nu de beste manier van reizen is. Waar het om gaat is de uitdrukking ‘op de bonne-fooi’. Dat is een prachtige uitdrukking. De klank is Frans en betekent zo-iets als; ‘op goed geluk’, of beter gezegd, ‘op goed geloof’. Op reis gaan op goed geloof, op reis gaan met een groot geloof. In de Bijbel zien we dat Abraham zo op reis gaat. Hij gaat weg uit Ur der Chaldeeën zonder te weten waar de reis heen zou gaan of waar hij terecht zou komen.
Waarom ging Abraham op reis? Hij ging niet op reis omdat hij eens wat anders wilde, een andere omgeving of bestaan. Hij ondernam ook geen reis omdat hij aan vakantie toe was. Abraham werd geroepen om op reis te gaan. Het was God Zelf Die hem riep. Abraham begreep dat. We weten niet precies hoe God hem geroepen heeft en hoe het gegaan is. Maar Abraham begreep dat het met God te maken moest hebben. Hoe het ook zij, Abraham liet zich onrustig maken en werd in beweging gezet door de stem die tot hem kwam. Gods Woord maakte hem onrustig. Het Woord van God dat ook vandaag nog mensen voortdrijft.
Abraham waagde het met het Woord van God, Die tot hem kwam en hem wegriep uit zijn vertrouwde omgeving. Tegen alle angst voor het onbeken-de in. Een vreemd land, uit de familiekring met zijn veiligheid, luisterend naar een onbekende stem, ging Abraham op de bonnefooi op reis.
Gods stem roept ons allemaal. We kunnen niet blijven waar we zijn. We kunnen niet blijven wie we van nature zijn, vijanden van God. We worden geroepen om ons oude zondige leven achter te laten, ons te bekeren. We worden opgeroepen niet vast te houden aan zekerheden die in wezen geen zekerheden zijn. De dingen die we krampachtig proberen vast te houden moeten losgelaten worden. God roept ons erbij weg. Hij opent een ander perspectief. Abrahams leven wordt een leven van hoop en verwachting doordat hij koerst op Gods belofte.
Die belofte heeft kracht genoeg om hem in beweging te houden en te la-ten reizen op de bonnefooi. Reizen wij ook op de bonnefooi? Met andere woorden; koersen wij op Gods belofte, gehoorzamen we Zijn roepstem? Zijn stem die in de Bijbel en door de verkondiging tot ons komt. In de Heere Jezus Christus krijgt die stem en die belofte een gezicht. Hij roept: Volg Mij! Bekeer je en geloof het evangelie. In Hem zijn al Gods beloften ja en amen, vast en zeker.
Goed geloof is een hartelijk vertrouwen op Hem, dat de Heilige Geest in onze harten werkt. Wie aan Gods stem gehoor geeft en in geloof volgt, is voor zijn gevoel vaak een vreemdeling op aarde. Onderweg duiken hin-dernissen en ontberingen op. Aanvechting en strijd zijn je deel. Wat is Abrahams geloof ook op de proef gesteld. Reizen op de bonnefooi is niet de makkelijkste manier van reizen. Maar het land van de belofte wenkt. Vergeet niet, wie op de bonnefooi reist, arriveert eenmaal in de stad die fundamenten heeft. Is reizen op de bonnefooi uiteindelijk niet dé manier om met de grootste zekerheid behouden aan te komen op de plaats van bestemming? In die hoop en verwachting mogen we als gemeente het nieuwe seizoen weer ingaan. Geroepen door Gods roepstem, vertrouwend op Zijn belofte, op de bonnefooi, op goed geloof op reis.
Ds. M.J. van Keulen